De curator en de ondernemingsraad

Wat is de rol van de ondernemingsraad in een faillissement en waarmee moet de curator rekening houden?

Tot voor kort was het onduidelijk of een curator in een faillissement rekening moest houden met de bevoegdheden van een ondernemingsraad (OR). De OR beschikt in situaties – waarin er geen sprake is van faillissement – onder meer over het zogenaamde adviesrecht. Dat advies brengt de OR uit bij voorgenomen besluiten van de ondernemer die van wezenlijke invloed zijn op de onderneming, zoals bijvoorbeeld een overdracht van (een onderdeel van) de onderneming. Ook voorgenomen besluiten tot beëindiging van werkzaamheden van de onderneming, waaruit (collectieve) ontslagen voortvloeien zijn adviesplichtig. Het medezeggenschapsrecht is in dat soort gevallen een groot goed omdat het een tegenwicht biedt tegen een ondernemer die niet altijd hetzelfde belang voor ogen heeft als de werknemers.

Maar hoe verhoudt dat recht zich in een situatie waarin de ondernemer wordt ingeruild voor een curator?

Curatoren moeten voorkomen dat de schulden van de failliete onderneming verder oplopen en daarom ontslaan zij vaak kort na het uitspreken van het faillissement het voltallige personeel. Daarnaast proberen curatoren in faillissement vaak in het belang van de schuldeisers de activiteiten van de onderneming tijdelijk voort te zetten om zo makkelijker een doorstart te realiseren.

De relevante vraag was dan ook lange tijd of een curator, als hij voornemens was dergelijke beslissingen te nemen, daarvoor de OR om advies moest vragen. De Hoge Raad heeft onlangs duidelijkheid gebracht door te oordelen in welke situaties de curator wél en wanneer niet hij verplicht is om advies te vragen aan de OR ingeval van een voorgenomen belangrijk besluit.

Wél advies plichtig zijn besluiten van de curator tot:

  • Verkoop van activa in het kader van voortzetting (doorstart) van de activiteiten en er een vooruitzicht bestaat op behoud van arbeidsplaatsen.

Niet advies plichtig zijn besluiten van de curator tot:

  • Liquidatie verkoop van activa waarbij geen continuering van de activiteiten plaatsvindt;
  • Ontslag van personeel.

De Hoge Raad heeft bovendien duidelijk gemaakt dat de formele regels van de WOR niet in alle gevallen verenigbaar zijn met het faillissement, zodat de curator zich onder bepaalde omstandigheden niet aan die formele regels hoeft te houden.

De curator krijgt er nu in voorkomende gevallen dus naast de persoon van de rechter-commissaris en (in gevallen van ontslag van tenminste 20 werknemers) de vakbonden er met de OR een nieuwe overlegpartner bij. Hoewel het drukker wordt aan zijn overlegtafel draagt deze ontwikkeling ons inziens bij aan een nog evenwichtiger besluitvorming.